door Nick van Herk
Tussen gemeenten bestaan grote verschillen in de energietoeslag die inwoners met een laag inkomen ontvangen. Dat verschil wordt duidelijk zichtbaar op de Lorentzlaan. Een straat die in Schiedam begint en overloopt in de Franselaan in Rotterdam. Inwoners met een inkomen boven 120 procent van het sociaal minimum krijgen in Schiedam géén energietoeslag, terwijl zij die in Rotterdam wél krijgen. Critici noemen het een ‘omgekeerde Postcode Loterij’.
In 2014 zijn veel regelingen van Den Haag naar gemeenten verplaatst. Het idee daarachter was dat gemeenten mensen beter kunnen ondersteunen. Het gevolg is nu dat het percentage van de groep die geholpen wordt per gemeente verschilt. Zo neemt Schiedam 120 procent van de bijstand als uitgangspunt voor het uitkeren van de energietoeslag, terwijl Rotterdam tot 140 procent van het sociaal minimum als basis neemt.
“Ik vind het waardeloos”, zegt een inwoner van Schiedam. “Ik zit nu net boven de 120 procent en krijg niks.” Als deze Schiedammer een aantal meter verderop zou wonen, zou hij wel recht hebben op de toeslag. “Dat is ook krom, ik hoop dat we er volgend jaar nog wat bij krijgen.”
Volgens verschillende omstanders zou de definitie van ‘minima’ landelijk gelijkgetrokken moeten worden. Ook wethouder Petra Zwang laat weten een voorstander te zijn van een percentage van 140 procent met bijbehorend budget.
